Tagarchief: liggingen

Improviseren op piano

Een standaard blues op piano is wat moeilijker dan op gitaar. Op piano zijn akkoorden en toonladders een beter uitgangspunt om te beginnen. Bij een gitaar kun je bij het soleren horizontaal denken in de tijd. Dat kan met piano ook, met je rechterhand, maar dan heb je je linkerhand nog over om akkoorden mee te maken. Pianisten moeten dan ook meer verticaal denken, in akkoorden en ritmes.

Akkoorden kunnen in wijde, nauwe of gemengde liggingen gespeeld worden. Meer daarover in bijvoorbeeld dit boek. C – E – G, kan ook gespeeld worden als E – G – C of als G – C – E, dat noem je omkeringen. Niet alle noten van een akkoord zijn even belangrijk. Als je met je rechterhand de toonladder op en afloopt volstaat het vaak met je linkerhand maar 2 noten aan te slaan, het gaat meer om de basklank die je daarmee teweeg brengt (als je met een bassist speelt moet je overigens juist weer bij zijn lage tonen wegblijven).

Bovenstaand filmpje van Horace Silver staat in de toonladder van F mineur. Horace Silver is een typische hardbop pianist, dat is jazz waarin nog veel invloeden van de blues zitten.

De akkoorden:

Fmin = F – A♭- C

E♭= E♭- G – B♭

D♭= D♭-F – A♭

C = C – E – G

Het schema gaat als volgt:

|Fmin|Fmin|E♭|E♭|D♭|C| Fmin

En het B-stukje:

|E♭|E♭|Fmin|Fmin|E♭D♭|C| Fmin

Die akkoorden, of een deel ervan, speel je met je linkerhand. Met je rechterhand speel je de melodie, of improviseer je met de bluesladder van F. Als je, terwijl je rechterhand improviseert, een noot tegenkomt uit het akkoord dat je 1 of 2 octaven lager speelt met je linkerhand, zul je merken dat die extra harmonieus klinkt. Misschien moet je ‘m nog een paar keer spelen dan…

F – A♭-B♭- B – C – E♭- F

Voor pianisten is het erg belangrijk je goed in de trappen te verdiepen. Vaak wordt eerst het ene deel van het akkoord gespeeld en wordt dat in de tweede helft van een maat opgelost in het andere (zie ook wat ik schreef over 2-5-1)

Een goed voorbeeld van een pianist die minder bezig is met melodie en meer met harmonie en ritme vind ik Michel Camillo. Met zijn handen die letterlijk stuiteren op de toetsen gebruikt hij de piano vaak als een percussie-instrument. Hij is misschien wel de beste pianist van het moment. Laat je daardoor niet afschrikken, hij is ook ooit begonnen met boer er ligt een kip in het water.